Martenjan Poortinga: Wat heb ik vaak gelachen terwijl ik dit boek las

Ik ken Jos vanuit zijn werk bij Gedragswerk, een organisatie die Passend Onderwijs een warm hart toedraagt en onderwijsorganisaties en de mensen die daar in werken enthousiasmeert, op verkeerde benen zet, opschudt en vooral: ze een andere kant op stuurt dan ze vooraf gedacht hadden.

 

Rebels dus bijna!

En dan dit boek van Jos, waarin hij het opneemt voor de rebellen, de dwarsliggers in de ogen van bestuurders en managers, maar ook de mensen die bevlogen, gepassioneerd zijn, die het (maatschappelijke) hart op de goede plek hebben zitten, die soms briljante ideeën hebben. Mensen die niet gehoord en gezien worden door managers omdat ze lastig zijn, omdat ze vaak de vinger op de zere plek leggen.

Maar het is ook een boek juist voor de managers en bestuurders. Hoe kun je als organisatie je voordeel doen met deze rebellen? Kun je je eigen standpunten en ideeën even aan de kant zetten en luisteren naar een rebel?

Dit boek heet niet voor niets Rebel met een reden. Ik ben zo’n beetje van dezelfde generatie als Jos: opgevoed en opgegroeid in de jaren dat er veel rebellie in de maatschappij te bewonderen was: Parijs 1968, de Vietnam- en kernwapendemonstraties, Provo, popmuziek, James Dean, radio Veronica vanaf zee. En met de opvoeding die je in de brave jaren na de oorlog kreeg, lag daar een voedingsbodem om je af te zetten, te rebelleren. Zeker omdat ik vaak te horen kreeg: gewoon je best doen, niet opvallen, denk aan de buren, ….

Dat heeft in ieder geval in mijn leven nogal wat invloed gehad.

Wat Jos beschrijft in zijn boek kon mijn levensverhaal zijn. Ik heb 35 jaar gewerkt in allerlei functies in het onderwijs en steeds was daar de strijd tussen mijn passie of bezieling en betrokkenheid en de bestuurder en manager die, laten we zeggen, een ander idee hadden. De bestuurder en de manager die zo’n grote afstand hebben tot de werkvloer, dat ze niet meer weten waar het over gaat, dat ze alleen maar sturen op resultaten, missies en visies. Ik mijn wereld, die van het onderwijs, ben ik het zo vaak tegen gekomen: de leerling staat centraal. Ja, ammehoela: natuurlijk staat de leerling centraal, stel je voor dat dat niet zo is, dat is je werk! De bestuurder is echter trots op zijn missie.

En inderdaad, werken tot ziek worden aan toe en maar volhouden. Tot het moment dat ik de streep zette: ik stop en ga zelfstandig verder. Sinds die beslissing, nog maar vrij recent, heb ik ruimte en is mijn passie weer terug. De bierviltjesvragen die Jos stelt in zijn boek hebben mij zeer geholpen, zelfs nadat ik de beslissing al had genomen.

Ik noem nog twee zaken die me zeer troffen.

Jos schrijft beeldend, gebruikt prachtige metaforen die zeer verduidelijkend werken, zijn taalgebruik is direct, onopgesmukt en daardoor dus heel duidelijk: niks vage verandergoeroetaal, maar recht voor zijn raap.

En ten tweede: de humor. Wat heb ik vaak gelachen terwijl ik dit boek las. Als je gewend bent aan managementboeken en de –taal zoals die meestal wordt gebezigd, weet je werkelijk niet wat je met dit boek overkomt.

Je begrijpt dat ik je dit boek van harte aanbeveel.